In Nederland zijn 1,6 miljoen vrouwen in de overgang, ook wel menopauze genoemd. Elke vrouw krijgt daar in haar leven mee te maken. Het vormt letterlijk de overgang van de vruchtbare periode in haar leven, waarin ze kinderen kan krijgen, naar de periode waarin dat niet meer kan. Er komt een nieuw evenwicht tussen de verschillende hormonen in het lichaam.
Bij dat zoeken naar dat nieuwe evenwicht kunnen klachten ontstaan. 80 procent krijgt op een gegeven moment last van overgangsklachten. 20 procent in zo'n mate dat ze er echt last van hebben: ze functioneren niet goed, slapen slecht en kunnen hun werk niet (goed) meer doen.
Lichamelijke overgangskwalen
- Opvliegers – plotselinge warmte-aanvallen, die wel drie tot vijf minuten kunnen duren, waarbij het zweet je letterlijk uitbreekt. 's Nachts leidt dit tot doorweekte lakens, met alle vervelende gevolgen voor de nachtrust van dien. Stress, bepaald (sterk gekruid) eten en drinken (alcohol, koffie!) kunnen van invloed zijn op het vóórkomen van opvliegers.
- Veranderingen in de menstruatie – niet alleen de menstruatiecyclus, ook de manier van menstrueren verandert: van ineens heel zwaar bloedverlies tot juist heel weinig, of andersom.
- Vaginale veranderingen – het slijmvlies van de schaamlippen en de vagina, maar ook dat van de baarmoeder en de blaas wordt dunner, minder elastisch en kwetsbaarder. Dat kan tot leiden tot pijnklachten en jeuk.
- Urineverlies, blaasontstekingen, gewichtstoename en pijn in je gewrichten
Geestelijke overgangsklachten
- Stemmingswisselingen – het ene moment heb je een goed humeur, het volgende moment voel je je slecht.
- Depressieve gevoelens – de overgang is ook vaak een periode van rouw. Je vruchtbare leven is voorbij, je eventuele kinderen gaan het huis uit. Wie ben jij nog?
- Geheugen- en concentratiestoornissen. Vergeetachtigheid – dit kan je parten spelen op je werk.
- Minder zin in seks – je hoofd staat er niet naar, je libido neemt soms af en soms doet het gewoon pijn.
Praat over de overgang
Doordat er weinig over de overgang wordt gesproken, ook niet door vrouwen onderling, hebben nog steeds veel vrouwen geen idee waar die plotselinge klachten zoals stemmingswisselingen, onrust en gepieker vandaan komen. Ze herkennen hun klachten niet altijd als overgangsklachten, zeker niet als het om geestelijke klachten gaat. Daarom is het belangrijk om te praten over de overgang, met vriendinnen, vrouwelijke èn mannelijke collega's, je partner en je gezin.
Veel vrouwen denken dat overgangsklachten er nu eenmaal bij horen, dat ze het maar moeten accepteren en dat er niks aan te doen is. Dat is onterecht. Vaak kan er wel iets aan overgangsklachten worden gedaan. Praat er daarom op z’n minst over met je huisarts. Die kan je eventueel doorverwijzen voor verdere behandeling in een ziekenhuis, naar een zelfhulporganisatie en/of een overgangsconsulent. Blijf er dus niet mee lopen.